Na dit rustige weekend was het na een week stage hoog tijd voor wat activiteit! Ons doel: het Nyungwe park. We wilden de zaterdagmorgen vroeg vertrekken, helaas gooide de Umuganda (1 zaterdag in de maand waarop elke Rwandees wordt verondersteld voor de gemeenschap te werken om de samenhorigheid te bevorderen) roet in het eten, er reden immers geen busjes ‘s morgens. Toen er eindelijk weer wat openbaar vervoer in beweging kwam, bleken alle busjes volgeboekt (en wij dachten dat Afrikanen alles last minute deden!) . De publieke minibusjes waren het enige alternatief. Zwetend in onze wandelschoenen en geladen met chocosandwiches, wurmden we ons in het vreselijk overladen busje. Katrien heeft helaas een familiale vorm van wagenziekte en kreeg daarom een plekje vooraan in de bus. Hanne en Leen daarentegen zaten met 2 op één stoel (lees spina tegen spina). In de warme mensenmassa floreerden lichaamsgeuren weelderig, met onaangename olfactorische prikkeling...
Bij de haarspeldbochten langsheen de diepe valleien, vreesden we dat het afgeladen volle vehikel wel eens zou kunnen kantelen. Maar door de wijdse uitzichten en de ‘Hoest Monkeys’ langs de weg konden we toch nog van de tocht genieten. Na 4 uur bereikten we eindelijk onze bestemming, waar de regen met bakken uit de hemel viel. Terplekke vroegen ze ons of we wel een kamer gereserveerd hadden (moet dat in Afrika??).... In de guesthouse waren er nog.... 2 bedjes vrij, waardoor we van een nacht onder de blote hemel gespaard bleven. (Katrien en Hanne hebben de geschrankte hoofd-voetligging uitgetest). ’s Avonds moest het kampvuur de wilde beesten op afstand houden.
Zondagmorgen konden we dan eindelijk het regenwoud verkennen. Onze missie: de ‘waterfall trail’. Gewapend met een wandelstok (dat nutteloze attribuut bleek uiteindelijk een belangrijke bron van stabiliteit bij het nemen van glibberige hindernissen) en de enthousiaste gids begonnen we onze tocht. Om ons tegen termieten te beschermen (hoewel we er geen één zijn tegengekomen) moesten we onze broek in onze kousen steken (bijzonder esthetisch :-) zie foto’s). Onderweg kwamen we de Great Blue Turaco tegen (meldt Hanne vol trots aan de Kleine Torenvalkers en de Oude Vossen die haar zeker gaan benijden) de grootste vogel van het park, die zich bijzonder moeilijk laat fotograferen. De chimpansees, de colobus, de great cheeked monkeys enz. hielden zich helaas verstopt voor de toeristen... Na enkele uurtjes (zonder valpartijen, zeker voor Leen met haar val-gen een ganse prestatie!) kwamen we bij het hoogtepunt van onze wandeling: de waterval. De foto’s spreken voor zich...
Voor onze terugrit hadden we ons lesje geleerd en het busje al een dag op voorhand gereserveerd! Dit bleek geen overbodige luxe, want ook het privé busje was propvol. En ook hier wachtte ons nog een verrassing. Plots hield de bus halt in the middle of nowhere en werd er vanalles in het onverstaanbare Kinyarwanda bedisseld. Even later riep de chauffeur ‘EVERYBODY GET OUT NOW!’ We wisten absoluut niet wat er ons te wachten stond... Katrien vreesde al voor de hongerdood (qua eten restten ons slechts enkele lifesavers en na ons ontbijt hadden we niets eetbaars meer gevonden). De dreigende razzia bleef echter uit en nadat een mannetje in kostuum van ver eens onder de stoelen had gekeken, konden we onze tocht verderzetten. Eind goed, al goed!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten